Lou Bertignac is een meisje van dertien met een IQ van 160 en een hoofd vol vragen. Ze observeert de mensen om haar heen, verzamelt woorden, verslindt encyclopedieën en voert thuis experimenten uit op van alles en nog wat, van het absorberend vermogen van verschillende soorten keukenpapier tot de elasticiteit van kauwgom. Maar dat verandert als ze No leert kennen, een dakloos meisje dat een paar jaar ouder is dan zij. No met haar vuile kleren, haar vermoeide blik, No die rookt en drinkt en de wereld wantrouwt. Lou krijgt haar ouders zover dat No bij hen in huis mag wonen. Maar meestal lopen de dingen niet zo soepel als je zou willen
Moeilijk om zo slim te zijn als je nog zo jong bent. Sociaal gezien past ze ook niet op de school waar ze op zit, ze heeft 2 klassen overgeslagen. Die kinderen zijn veel verder in hun ontwikkeling terwijl Lou nog niet weet welke kant je tong op moet als je gaat zoenen.
Het boek is vlot geschreven en heeft een mooie diepgang. De hoofdpersoon Lou heeft allemaal buitenissige experimenten die je als lezer toch snapt omdat je weet dat het kind slimmer is dan goed voor haar is. Niet eerder zo’n soort boek gelezen; wat is het doel? Wat kan je hiervan leren? In ieder geval dat het een mooi boek is en dat je weer gaat nadenken over de wereld en over hoe goed je het zelf hebt in verhouding tot iemand als No. Leuk en mooi.




Plaats een reactie