Alices echtgenoot David zou op hun twee weken oudere dochtertje passen, maar wanneer Alice terugkomt van de sportschool en de babykamer inloopt, begint een ware nachtmerrie: in het wiegje ligt een kind dat ze nog nooit eerder gezien heeft. David beweert bij hoog en laag en op steeds agressievere toon, dat Alice ofwel gek geworden is, ofwel liegt. Hoe kan Alice de politie overtuigen van het tegendeel voordat het te laat is? Een week later zijn Alice en de baby verdwenen. Weggelopen, gekidnapt, vermoord?
Thrillers die over verdwenen kinderen gaan zijn altijd extra angstaanjagend, helemaal als ze zichzelf niet kunnen verdedigen en dat gaat in dit boek nog meer op, aangezien het een baby betreft. Alice is radeloos als niemand haar gelooft dat de kleine meid, zoals ze de baby noemt, niet Florence blijkt te zijn. Alice lijdt aan een postnatale depressie en iedereen wijdt de schuld daaraan en Alice is gewoon in de war. Of toch niet?
Heeft David gelijk en lijdt Alice aan wanen? Of heeft toch iemand de baby meegenomen? Tijdens het boek verdenk je iedereen. Het begin van het verhaal is nog niet zo spannend en het duurt even voordat het angstaanjagender begint te worden. David wordt steeds agressiever en begint Alice steeds kleinerende te behandelen, dit bereikt zijn hoogtepunt als ze als een hond op de grond zit en eet zonder handen of bestek.
Deze gebeurtenissen doen je overal aan twijfelen, helemaal als de schoonmoeder van Alice zich steeds merkwaardiger gaat gedragen. Dan is er geen houden meer aan en gaat het verhaal in een stroomversnelling. Enig minpuntje is dat het einde zo abrupt is afgebroken, wat jammer is en het verhaal geen goed doet. Gelukkig maakt de onverwachte ontknoping een hoop goed.
Plaats een reactie